23 december 2019,

Oukje den Hollander maakte het mooiste liedje van Leiden

 

Oukje den Hollander is theatermaker bij muziektheatercollectief KASSETT, is werkzaam bij PS|theater en brak dit jaar door als zangeres met het album Idyllen. Dat succes werd onlangs bekroond: openingslied Het liefste was ik klein werd door 3voor12 Leiden uit 33 nominaties verkozen tot Song van het Jaar. We spraken Oukje over deze prijs, over de teksten van Ilja Pfeijffer waarop het album gebaseerd is, en over haar toekomstplannen.

Gefeliciteerd Oukje! Wist je tijdens het maken van je album al dat dit nummer er echt uitsprong?

‘Over een ander nummer van het album, We zijn een eiland, waren ikzelf, het team en het label heel blij. Daar hebben we toen een clip bij gemaakt en daardoor verwachtte ik eigenlijk dat dat nummer de leiding zou nemen. Het liefste was ik klein had ik al in een eerdere versie als demo verspreid en daardoor is het gaan leven. Dat nummer is dus uiteindelijk geselecteerd door 3voor12, daar heb ik zelf niks mee te maken gehad. Het is het eerste nummer van het album, dus ergens vind ik het wel mooi dat dit nu de prijs heeft gewonnen, zodat mensen met het juiste nummer aan mijn album beginnen.’

Je album Idyllen werd gebaseerd op teksten van Ilja Pfeijffer, hoe ging dat in zijn werk?

‘Het is gebaseerd op een dichtbundel die hij in 2015 heeft uitgebracht, hij is daar zeven jaar mee bezig geweest. In de zomer 2016 kocht ik de bundel, ben hem gaan lezen en vond het zo mooi dat ik met Ilja’s manager Michaël Roumen heb afgesproken. Ik vertelde hoe ontroerd ik was door het werk en vroeg of ik daar misschien iets mee mocht doen. Best een enge vraag, want Ilja was toen al heel bekend. Nu helemaal trouwens, ik weet niet of ik het nu nog zou durven vragen. Michaël heeft het met Ilja besproken en uiteindelijk heeft Ilja zijn goedkeuring verleend. Ik was nog helemaal niet bekend, had nog niks liggen, dus ik vind het heel cool dat hij er met zoveel vertrouwen in is gestapt. Een onwijze eer. Nu ligt er een heel mooi album met fantastische teksten die ik voor mijn gevoel cadeau heb gekregen.’

Is Ilja verder inhoudelijk bij jouw maakproces betrokken geweest?

‘Nee, Ilja heeft zich er nauwelijks mee bemoeid en dat vind ik heel knap. Hij gelooft erin dat wanneer iemand anders iets met zijn werk doet, dat hij zelf een stap terug moet doen om diegene zijn eigen, nieuwe werk te laten maken. Eén keer heb ik hem gemaild toen ik ergens inhoudelijk over twijfelde en toen kreeg ik heel snel een mail terug waardoor wist dat ik op de goede weg was. Verder begreep ik alles goed genoeg om erop te kunnen vertrouwen dat ik de goede richting nam.’

Hoe zou jij je eigen stijl of genre omschrijven?

‘Dat vind ik zo moeilijk! Het album is heel eclectisch, als luisteraar word je echt een beetje heen en weer gesmeten. Wat ik geinig vind is dat het meer en meer als een popplaat gezien wordt. Velvet hier in Leiden omschreef het als ‘een dwarse popplaat met invloeden uit jazz, klassiek en kleinkunst’ en daar kan ik me eigenlijk wel in vinden. Niet dwars omdat ik me ergens tegen wil afzetten maar omdat ik gewoon niet zoveel heb met genredenken.’

Het liefste was ik klein doet me een beetje aan fado denken.

‘En dat zijn toch ook bewuste keuzes, dat ik de tekst lees en vanuit de inhoud een muzikaal idee krijg. Ik noem dit nummer ook weleens oneerbiedig de schlager van het album, maar fado is eigenlijk mooier. Een soort levenslied.’

Je bent als artiest overwegend werkzaam in Leiden, een veel kleinere scene dan bijvoorbeeld Amsterdam of Den Haag. Hoe is dat?

‘Wat cool is aan Leiden, dat merk ik zowel met mijn collectief als solo, is dat de lijntjes korter zijn. Dat je sneller het culturele netwerk leert kennen en zo ook sneller dingen voor elkaar krijgt. In Leiden bezig zijn is comfortabel en leuk.’

Bestaat de kans dat deze stad te klein voor je wordt?

‘Leiden is een goede grond om dingen te maken. Het werk gaat sowieso wel het land in, ik ben niet zo bang dat het in Leiden blijft kleven. Dan is het vooral fijn om je werk te maken binnen een netwerk dat elkaar goed kent.’

Al met al boek je veel succes met je eerste echte album. Heb je je blik al gericht op nummer twee of ligt dat nog ver in de toekomst?

‘Het is een beetje tweeledig. Aan de ene kant: ja, zeker. Aan de andere kant: ik heb vooral veel zin om het album dat er nu is live te gaan spelen. Dat gaat nog een heel leven leiden. Maar natuurlijk blijf ik altijd bezig met nieuwe ideeën. Met een album is het vervolgens de vraag hoe je dat gaat realiseren, want het kost heel veel geld. Misschien kan ik wel een Leidse mecenas vinden, dat zou te gek zijn.’

Oukje den Hollander live zien kan op 22 februari tijdens Peel Slowly and See.

Foto: Samantha Stauttener

Sophie Jansen